Seksueel misbruikslachtoffers: hoe vergaat het hen in de GGZ?

Seksueel misbruikslachtoffers: hoe vergaat het hen in de GGZ?

Een onderzoek naar de tevredenheid van cliënten met een geschiedenis van misbruik in de kindertijd over hun behandeling in de GGZ in Nederland

Bent u wel eens in therapie geweest? Of opgenomen op een psychiatrische afdeling? Hoe ging dat? Kreeg u begrip en steun, kon u uw verhaal kwijt? Ging het ook wel eens minder prettig, werd u soms niet begrepen, of schoot u er niet zo veel mee op?

Wij willen graag weten wat mensen met een geschiedenis van seksueel misbruik in de kindertijd vinden van de hulp die zij krijgen. Dat kan eraan bijdragen om de hulpverlening te verbeteren, waar nodig. Daarom willen wij u vragen om mee te werken aan dit onderzoek van de Open Universiteit en Rutgers WPF.

Waaruit bestaat het onderzoek?
Het onderzoek bestaat uit drie vragenlijsten. Daarin worden vragen gesteld over symptomen waarvan u misschien last had toen u hulp zocht, over uw ervaringen met seksueel misbruik, en over uw behandeling. Het zijn ongeveer 100 vragen en het invullen ervan kost ongeveer 45 minuten. Alle gegevens die met deze vragenlijst worden verzameld zijn anoniem. Niemand kan zien of u hebt meegedaan, en u hoeft dat niemand te vertellen.

Als u dat wilt, kunt u zich na het invullen van de vragenlijsten aanmelden voor een interview waarin aanvullende vragen worden gesteld, maar dit hoeft niet. In principe worden de eerste 25 mensen die zich hiervoor aanmelden geïnterviewd; bij overaanmelding kan het zijn dat u niet meer in aanmerking komt voor het interview.

In de vragenlijst staan een aantal vragen die nare gevoelens kunnen oproepen omdat ze seksuele handelingen beschrijven die u mogelijk tegen uw wil hebt meegemaakt. Het is belangrijk dat u er bij stilstaat of u daarmee geconfronteerd wilt worden. Tijdens het invullen van de vragenlijst kunt u nog op elk moment stoppen, als u toch niet mee wilt doen, of het invullen onderbreken en later verder gaan. U kunt ook op elk moment nog afzien van het interview als u zich daarvoor hebt aangemeld, of er nog mee stoppen tijdens het interviews.

Het kan zijn dat u behoefte hebt om te praten over wat de vragenlijst of het interview bij u oproept. Dan kunt u contact opnemen met Stichting Korrelatie (tel. 0900-1450, www.korrelatie.nl) of met uw therapeut, als u die hebt.

Hoe kunt u meedoen?
U kunt meedoen door de vragenlijsten in te vullen: online survey

Wij mogen uw antwoorden alleen gebruiken als u uw toestemming geeft voor deelname aan dit onderzoek. Bij het invullen van de vragenlijsten verschijnt er daarom eerst een toestemmingsformulier op het scherm.

Wie zijn er bij dit onderzoek betrokken?
Dit onderzoek is opgezet door de Open Universiteit, in samenwerking met Rugers WPF. Het is gericht op de hulpverlening aan mensen met een misbruikgeschiedenis in Nederland sinds 2007. Een uitnodiging om mee te doen is te vinden op verschillende internetfora. Ook worden mensen benaderd via cliëntenverenigingen.

Het onderzoek is goedgekeurd door de Medisch-Ethische ToetsingsCommissie Atrium-Orbis-Zuyd. Die goedkeuring was nodig omdat dit onderzoek valt onder medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen. Er hoefde geen proefpersonenverzekering te worden afgesloten, omdat dit onderzoek alleen maar uit vragenlijsten bestaat (anders dan bij voorbeeld bij het uitproberen van geneesmiddelen). De (anonieme) antwoorden worden 15 jaar bewaard. Dat is verplicht bij dergelijk onderzoek. Er is ook een onafhankelijke deskundige betrokken bij dit onderzoek, Nelleke Nicolai (e-mail: nicone@xs4all.nl; tel.: 010-4377540).

Algemene informatie over deelname aan wetenschappelijk onderzoek is te vinden op http://www.ccmo-online.nl/hipe/uploads/downloads_cato/Brochure%20PIF%20april%202012.pdf. Als u vragen hebt kunt u terecht bij onderstaande onderzoekers, of bij de onafhankelijke deskundige.

Wij hopen dat u aan dit onderzoek wilt meedoen en de vragenlijsten wilt invullen. Hier volgt nogmaals de link: http://onlinesurvey.ou.nl/index.php/652393/lang-nl

Vriendelijke groeten,

Janneke Brederveld
e-mail: janneke.brederveld@xs4all.nl
tel.: 050 526 48 31

Jacques van Lankveld
e-mail: jacques.vanlankveld@ou.nl
tel.: 045 576 26 95

Willy van Berlo

Mark Hommes
e-mail: Mark.Hommes@ou.nl

tel.: 050 313 83 00

Blog Renate Hoenselaar – dans en beweging bij seksueel misbruik

Renate Hoenselaar – Dans en bewegingstherapie bij seksueel misbruik

Vragen van Paula Holtzer aan Renate Hoenselaar:

  • Renate Hoenselaar - Dans en bewegingstherapie - ArnhemKomen cliënten binnen met de klacht seksueel misbruik? Of kom je het probleem tegen tijdens de behandeling
  • Hoe helpt danstherapie bij seksueel misbruik?
  • Wat doe je tijdens een sessie?
  • Hoe ervaren cliënten de sessie?

Waarom zou je gaan dansen of bewegen als je je lichaam niet wilt voelen?

Binnen mijn praktijk komen jongeren en volwassenen binnen met uiteenlopende klachten. Of er sprake is van seksueel misbruik komt meestal tijdens de intake wel naar voren, maar cliënten ervaren dat niet altijd als oorzaak van hun klachten. Ze geven bijvoorbeeld aan dat ze al veel behandelingen hebben gehad en er vaak over gepraat hebben. Als een cliënt dit verteld, gaat er bij mij een lampje branden: “aha, gepraat over maar ook gevoeld, in het lijf geweest?

Van praten naar het lichaam!

Een belangrijke valkuil in de GGZ is dat er veel gepraat wordt en dat er over ‘iets’ gepraat wordt. Natuurlijk is het praten ‘over’ ook belangrijk voor de verwerking, voor het bewust worden, maar als je daar niet het lichaam en de beweging bij betrekt, dan blijven klachten ontstaan.

De grenzen van cognitief werken

Het mooiste voorbeeld hiervan vind ik nog steeds een cliënt die bij mij kwam met verschillende lichamelijke klachten. Ze noemde dat ze misbruikt was in haar jeugd, maar dat ze dit al verwerkt had. Toch liep ze elke keer met haar werk en sociale contacten vast. Dat ze haar misbruik alleen cognitief en niet lichamelijk verwerkt had werd duidelijk toen ik haar op de grond liet bewegen. Binnen ‘no time’ reageerde haar lichaam en zat ze in een herbeleving. Geschrokken vroeg ze wat er aan de hand was? Ik kon haar toen vertellen dat ze w.s. haar misbruik cognitief verwerkt had, maar dat er lichamelijk nog werk aan de winkel was. Dat veel van haar klachten daar nog steeds mee te maken hadden.

Het trauma zit in het lichaam opgeslagen

Dat haar lichaam het misbruik had opgeslagen zoals het lichaam en onze beweging altijd onze ervaringen opslaat. En dat zich dit heeft vastgebeten in het lichaam, waardoor er lichamelijke klachten en angsten ontstaan. Vanaf dat moment viel alles voor haar van de afgelopen jaren op haar plaats en is ze aan het werk gegaan.

Ik moet mijn mond houden!

Binnen mijn werk als dans- en bewegingstherapeut werk ik ook vaak vanuit de beweging met stem en klank. Waarom? Omdat de stem ook onderdeel is van ons lichaam en omdat je via klank ook spanningen kunt uiten en lostrillen in je lichaam. Toch is dit een vorm die voor cliënten met een seksueel misbruik verleden niet altijd makkelijk is.

Onderzoek naar stem en klank

Dit heb ik ervaren tijdens een onderzoek waarin ik een groep vrouwen (waarvan enkele vrouwen seksueel misbruikt waren in hun jeugd) liet werken met stem en beweging. Eén vrouw had toegezegd mee te werken, maar gaf aan dat ze het heel lastig vond, maar wel graag mee wilde doen. Het seksueel misbruik in het verleden was bij haar bekend. Het onderzoek duurde een paar weken waarin de vrouwen één keer per week dans- en bewegingstherapie kregen. De oefeningen hebben een opbouw waarin er vanuit de beweging langzaam naar stem en klank wordt toegewerkt.

Het klankbad

Eén van de oefeningen, het klankbad genoemd, is dat één vrouw in het midden gaat staan of zitten en de groep om haar heen staat. De groep geeft klank en beweegt om de vrouw in het midden heen. De vrouw kan hierop weer met beweging reageren. Deze vrouw vond dit heel moeilijk maar koos er toch voor om de oefening te doen: ze ging daarbij zitten en vroeg de groep om in een halve kring voor haar te gaan zitten. Zo kon ze iedereen nog zien en had ze niet het gevoel opgesloten te zijn. Tijdens het klank geven van de groep kwamen er veel tranen los bij deze vrouw. Later gaf ze aan dat ze door de oefeningen thuis voor het eerst met de radio had meegezongen. Ze had nooit durven zingen omdat ze tijdens het misbruik nooit haar mond mocht opendoen. Anderen mochten haar immers niet horen!

Loyaal zijn!

Een belangrijk thema wat ik vaak tegenkom in mijn praktijk is ‘loyaliteit’. Loyaal willen zijn naar ouders: aan ouders niet durven vertellen dat men misbruikt is door een familielid. Ouders niet durven aangeven want het zijn tenslotte je ouders. Ouders niet willen opzadelen met het verhaal van misbruik, omdat dit de harmonie kan verstoren of omdat ouders zich dan teveel zorgen gaan maken. Vanuit dit oogpunt worden er veel gevoelens verdrongen.

Werken met emoties

Ik vind het niet belangrijk of een cliënt het misbruik gaat aangeven: dit is aan de cliënt zelf en afhankelijk van waar men in het proces zit en in welke mate en tijd het gebeurd is. Wat ik wel belangrijk vind, is dat de cliënt zijn gevoelens toe laat. Zijn gevoelens van verdriet, angst, boosheid…….Want juist deze verdrongen gevoelens zorgen er voor dat er klachten ontstaan, dat het lichaam gaat vastzitten, dat men het lichaam niet meer wil voelen en alleen nog maar in zijn hoofd zit.

Zorgvuldig observeren

In mijn therapie kijk ik dan ook wat er in het lichaam en de beweging te zien is: waar zit de spanning, waar zit vastgehouden verdriet, boosheid, angst. En hoe kan de cliënt een weg vinden om deze gevoelens te uiten, om te zetten in een beweging en naar buiten te brengen. Hiervoor is het vaak eerst belangrijk om de cliënt te laten voelen dat hij/zij kracht heeft, dat hij/zij stevig op zijn benen staat, dat hij/zij een eigen persoonlijke ruimte heeft en deze kan begrenzen. Voelen in en met het lichaam dat men het aankan om zijn gevoelens te uiten. Voelen dat het je niet omver blaast of in je herbeleving laat schieten als er een emotie komt. Ervaren dat je lichaam een steun is en geen last of ‘aanhangsel’.

En soms is alleen dansen dan al de therapie: weer mogen dansen, weer ruimte in mogen nemen, weer je eigen bewegingen mogen maken……

MDaT Renate Hoenselaar –Praktijk Hoenselaar, dans- en bewegingstherapie en supervisie – Arnhem

Reacties:

Anjet van der Wijk op schreef:

Bedankt Renate voor je inhoudelijk goed onderbouwde en interessante casus.
Ook bij een vroegkinderlijke trauma waarbij geen sprake is van herinneringen, ‘weet’ het lichaam het. Wat hebben we als vaktherapeut een machtig ervaringsgericht instrument tot onze beschikking!