Wie gelooft je wanneer je door een vrouw wordt misbruikt?
Uit de spreekkamer van Lucia Rademaker, WaterlandPraktijk Purmerend.
Lang geleden vertelde mijn cliënt Arend een jeugdherinnering aan het contact met zijn moeder:
‘Hoewel ik altijd erg mijn best deed om mijn kille moeder te behagen en te gehoorzamen, was er altijd wel een reden waarom zij meende mijn lijf hardvochtig te moeten afranselen. Zij was het ook die mij vastbond in mijn ledikant, omdat ik het niet kon laten met mijn hoofd te bonken. Daar werd ze héél geïrriteerd van. Maar samen met haar in het warme badwater kon mijn huid haar strelingen verwachten. Lieve woordjes, zachte kusjes, zachte handen, zachte zeep over mijn hele lichaam. Wanneer zij mij over haar borsten en onderlichaam liet glijden noemde zij mij ‘haar lieve badspons-mannetje’. Ze kuste mij ook veelvuldig op mijn piemeltje en zoog eraan. Als het klaar was droogde ze me af en kreeg ik een koetjesreepje. Ik voelde mij daarna dan altijd heel warm.’
Gevolgen op latere leeftijd
Toen we mogelijke gevolgen hiervan op het gebied van seksualiteit en relatievorming besproken, bleek dat zijn vrouw hem tijdens de seks regelmatig tegen zijn wil aan zijn penis door de kamer trok. Ze bagatelliseerde zijn pijn en lachte zijn bezwaren weg. Toen hij erover vertelde lachte Arend ook, alsof het een pikant seksueel wapenfeit was, maar keek er tegelijkertijd heel ongemakkelijk bij.
Zowel de ervaring met zijn moeder als met zijn vrouw herkende hij niet als seksueel misbruik. Hij bagatelliseerde het. Door vroegere hulpverleners was hem nooit naar zijn emoties daarover gevraagd. Ook niet naar de mogelijke gevolgen ervan voor zijn seksuele beleving en relatievorming.
Daders, slachtoffers én behandelaars bagatelliseren
Later in de behandeling was een ontmoeting met zijn moeder mogelijk. Haar reactie was in eerste instantie ontkennend, vervolgens bagatelliseerde ze het ook. Ze zei dat het onschuldig en best wel liefdevol was geweest. Op mijn vraag of haar zoon er nadelige effecten van zou kunnen hebben overgehouden reageerde ze met verbazing.
Als je dit leest, dan vraag je je wellicht af of er factoren zijn die maken dat zowel daders, slachtoffers als behandelaars het seksueel misbruik door vrouwen bagatelliseren. En die zijn er. Welke factoren dit zijn kun je lezen in mijn onderzoeki. Daaruit blijkt bijvoorbeeld dat hulpverleners niet weten dat niet jongens maar volwassen mannen het vaakst door vrouwen worden misbruikt.
Taboe in het kwadraat
Door dit taboe wat op seksueel misbruik door vrouwelijke daders rust schiet de hulpverlening en behandeling aan zowel de slachtoffers als daders ernstig tekort. De beschikbare kennis over dit onderwerp wordt niet benut, genegeerd of zelfs vervormd.
Ontkennen en bagatelliseren is beschadigend
Slachtoffers lopen niet alleen een trauma op, maar als je als volwassen man het seksuele slachtoffer van een vrouw (het zg zwakkere geslacht) bent, brengt dit extra schaamte, vernedering en aantasting van de mannelijkheid met zich mee. Verder leidt ontkenning van de ervaringen van het slachtoffer (of dat nou door anderen of door jezelf ontkend wordt) in de meeste gevallen ook nog eens tot secundaire victimisatie, ook bij onthulling op latere leeftijd.
En wie gelooft je, wanneer niet je vader maar je moeder je seksueel misbruikt?
Meer lezen over dit thema?
Kijk op Waterlandpraktijk
Schoppenvrouw aangekaart – de vrouwelijke dader van seksueel misbruik en haar slachtoffer(s).
Op Helen van seksueel misbruik schreef Jessica hierover als lotgenoot een gastblog.