Misbruikers kiezen kinderen juist omdat ze weerloos zijn

Misbruikers kiezen ervoor om kinderen te misbruiken, juist omdat een kind de dingen nog niet goed snapt. Omdat kinderen gemakkelijk te manipuleren zijn. Een onschuldig kind een deel van de verantwoordelijkheid in de maag splitsen voor hun slachtofferschap, is niet realistisch.

De realiteit is dat er mensen zijn die seksueel misbruik plegen door willens en wetens de weerloosheid van een kind uit te buiten.

Wat misbruikers zichzelf wijs maken

Er zijn misbruiker die zichzelf wijsmaken dat het niet zo erg is, dat ze het kind er niet mee beschadigen. Dat een kind het zich niet zal herinneren of het zelf ook fijn vond. Grote onzin want de lange termijn gevolgen van seksueel misbruik zijn bijzonder ernstig. Toch zijn er zelfs nog mensen die voor deze rationalisatie vallen en denken dat het wel meevalt.

Kinderen kiezen niet voor seksueel misbruik

Men beweert wel dat een kind weerbaar gemaakt moet worden tegen misbruik. Dat bepaalde kinderen op één of andere manier iets uitstralen van kwetsbaarheid, waardoor het meer kans loopt slachtoffer te worden van seksueel misbruik. Maar een kind is per definitie niet opgewassen tegen een volwassene. Een kind is nog aan het leren hoe de wereld werkt. Een kind wordt uitgekozen als slachtoffer, juist omdat het klein is en weinig ervaring heeft.

Ook pubers zijn erg kwetsbaar

Zelfs al ben je puber en vind je jezelf al een hele piet, tegen een manipulerende volwassene leg je het af. Zelfs volwassenen kunnen soms niet tegen een misbruiker op. Door te zeggen dat het kind weerbaarder moet worden, leg je een deel van de verantwoordelijkheid bij het kind en daar hoort hij niet thuis. Het is een subtiele vorm van victim blaming.

Kinderen maken wel keuzes ná het misbruik

Pas na het moment waarop het kind voor de eerste keer seksueel misbruikt wordt, heeft een kind een keuze. Deze keuze is: ‘Hoe ga ik om met wat mij wordt aangedaan. Kinderen hebben hierin een beperkt aantal opties. Vechten heeft meestal weinig zin, omdat het doorgaans misbruikt wordt door iemand die macht heeft. Vluchten lukt soms in letterlijke zin, wegrennen van een man in de bosjes. Maar als de misbruiker familie van je is, of een vertrouwde volwassene lukt dit letterlijke vluchten niet. Het kind kan dan nog vluchten in zichzelf: dissociëren.

Bevriezen als enige overgebleven optie

De enige andere optie is bevriezen. De laatste toevlucht voor een kind dat overweldigd wordt. Bevriezen gebeurt diep van binnen. Het kind laat over zich heen komen en reageert niet meer vanuit het authentieke zelf. Dat authentieke zelf gaat vanaf dat moment ondergronds en laat zich niet meer zien.

Verlies van zelf

Dit verlies van zichzelf, op zo’n jonge leeftijd, is vaak moeillijk te herstellen. Het kind ontwikkelt allerlei gedrag om met de situatie om te gaan, gaat handelen vanuit de onveiligheid en zoekt manieren om het voor zichzelf en de omgeving zo draaglijk mogelijk te maken. Extreem aangepast gedrag of juist extreem recalcitrant gedrag kunnen uitingen zijn van dit tragische verlies van zelf.

Inleiding van Marianne Quax bij boeklancering

Boeklancering Ivonne Meeuwsen: Inleiding door Marianne Quax

Jeugdzorg en seksueel misbruik

Gemengde leefgroepen, ja of nee?

Vrijdag 26 juni 2015

boeklancering 26-6-2015-2Goedemiddag dames en heren,

Of kan ik beter zeggen ‘goedemiddag nieuwsgierigen naar het nieuwe boek van Ivonne Meeuwsen’?
Geïnteresseerd zijn we zeker, anders waren we hier vandaag niet met z’n allen bijeen.

Geïnteresseerd zijn we denk ik in het onderwerp waar Ivonne deze keer over heeft geschreven ‘Jeugdzorg en seksueel misbruik. Gemengde leefgroepen, ja of nee?’

Het derde boek van Ivonne Meeuwsen!

En in ras tempo gevolgd op de eerste twee boeken. Vorig jaar beschreef Ivonne in ‘Hulpverlening na seksueel misbruik. Wegwijzer in Traumaland’ dat het vinden van de juiste hulp na seksueel misbruik een langdurig en gelaagd proces is.

Geschikt studieboek voor de minor ‘Geweld in de leefomgeving’

Met Ivonne’s eerste boek ‘Helen van seksueel misbruik. Het trauma voorbij’ ben ik als docent, betrokken bij de minor Geweld in de leefomgeving van de Hogeschool Rotterdam, enorm blij. Voor de module seksueel geweld van de minor is dit boek verplichte literatuur. De jaren daarvoor (2013) was er geen goed lesboek te vinden voor deze module. Vele zelfhulpboeken, ervaringsverhalen, maar niet een boek dat én beschrijft hoe seksueel misbruik kan ontstaan en wat het met iemand doet én ook beschrijft hoe je kunt helen. Een boek geschreven door een ervaringsdeskundige professional!

En dan nu ‘Jeugdzorg en seksueel misbruik. Gemengde leefgroepen, ja of nee?’

‘Jeugdzorg’ en ‘seksueel misbruik’ zijn helaas twee woorden, die nogal eens met elkaar verbonden zijn. Op 8 oktober 2012 presenteerde de commissie Samson de uitkomsten van haar onderzoek ‘Omringd door zorg, toch niet veilig’ naar het seksueel misbruik van door de overheid uit huis geplaatste kinderen van 1945 tot dan toe (2012).

  • Kinderen die in een residentiele jeugzorginstelling verbleven, bleken bijna twee keer zo vaak misbruikt te worden als thuiswonende kinderen.
  • En licht verstandelijk liepen driemaal zoveel risico op seksueel misbruik.
  • Meisjes zijn meer dan twee keer zo vaak slachtoffer als jongens.
  • De pleger bleek in iets meer dan de helft van de gevallen een leeftijdgenoot te zijn.

Begrijpelijk dat de commissie Samson t.a.v. de samenstelling van de leefgroep de aanbeveling deed een grondige risicoanalyse te doen. Leeftijd, kwetsbaarheid en problematiek zijn volgens de commissie Samson belangrijke variabelen om bij plaatsing in een leefgroep rekening mee te houden.

Er dient expliciet gekeken te worden of plaatsing in een gemengde leefgroep gewenst is, omdat deze risicoverhogend kan zijn, vooral voor meisjes.
Maar hoe doe je zo’n risicoanalyse hoor ik je denken. Carla Rus heeft ons immers uitgelegd hoe het zit met de onzichtbaarheidsmantel waarmee het seksueel misbruik wordt bedekt.

Bezitten wij, professionals, de vaardigheden om seksueel misbruik te herkennen?

En hoe zit het met onze vaardigheden om het uberhaupt over seksualiteit met de jongeren te hebben? Om maar niet te spreken van seksueel misbruik bespreken.

Plaatsvervangende schaamte bekroop mij toen ik in de speciale editie van het Tijdschrift Kindermishandeling de pyramide zag met cijfers:

Van de 46.826 kinderen die in de residentiële jeugdzorg en pleegzorg verblijven, gaven ong. 6.696 kinderen aan misbruikt te zijn. En van die 6.696 zijn er maar ong. 134 misbruiksituaties door ons professionals waargenomen!

Het is niet alleen beschamend dat wij, professionals, maar 134 van de 6696 misbruiksituaties waarnemen, maar we hebben ook 6.696 kinderen in de kou laten staan.

Vandaag de lancering van ‘Jeugdzorg en seksueel misbruik. Gemengde leefgroepen, ja of nee?’.

Ik verwacht er veel van Ivonne gezien je twee eerdere boeken waarin je als ervaringsdeskundige boven je eigen pijn uit kunt stijgen en de dingen kunt benoemen!

Je gaat het eerste exemplaar van dit boek zo meteen overhandigen aan Corinne Dettmeijer, nationaal rapporteur mensenhandel en seksueel geweld tegen kinderen. Een gepaste persoon om jouw eerste exemplaar aan te overhandigen. Als rechter heeft Corinne, belast met jeugdzaken en familiezaken veel met het onderwerp seksueel misbruik te maken gehad. Maar ook in nationale en internationale commissies en adviesorganen op het terrein van het jeugdbeschermings- en jeugdstrafrecht en zeker als nationaal rapporteur.

Wat doet een nationaal rapporteur?

De Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen rapporteert aan de regering over de aard en omvang van mensenhandel en seksueel geweld tegen kinderen in Nederland.

Zij monitort de effecten van het beleid dat op deze terreinen wordt gevoerd en doet aanbevelingen om de aanpak van mensenhandel en seksueel geweld tegen kinderen te verbeteren. Dat doet ze natuurlijk niet alleen; 13 medewerkers ondersteunen haar daarbij.

Dus, Ivonne, een meer geschiktere professional dan Corinne Dettmeijer had je niet kunnen vragen om het eerste exemplaar van jouw boek te overhandigen.
De vloer is voor jou, Ivonne, en Corinne en vooral voor ‘Jeugdzorg en seksueel misbruik. Gemengde leefgroepen, ja of nee?’

Wie is Marianne Quax

Haar staat van dienst: Trainer meldcode, coördinator Stichting Zijweg, tot voor kort bestuurslid Academie voor Vrouwen tegen Geweld én docent aan de Hogeschool Rotterdam betrokken bij de minor Geweld in huiselijke kring.

Persoonlijk: bevlogen, betrokken, een mensenmens. Hartelijk, hart op de tong en hartverwarmend. 🙂

Marianne Quax

5 tips hoe je jouw kind kunt helpen seksueel misbruik verwerken

5 tips hoe je jouw kind kunt helpen seksueel misbruik verwerken

Vorige week schreef ik de 5B’s, tips over hoe je het beste kunt reageren als je kind naar je toe komt en je vertelt dat het seksueel misbruikt is. Er is heel positief gereageerd op deze blog en onwijs veel mensen hebben het gelezen. Dat doet me goed, want de eerste reactie van een ouder (of andere vertrouwde volwassene) op een kind dat vertelt dat het seksueel misbruikt is, kan heel veel verschil maken.

Mijn eigen ervaring

Ik heb als kind nooit gepraat over wat er gebeurde. Ik had altijd het idee dat mijn familie er van af wist, of op zijn minst vermoedens had dat er ‘iets’ speelde. Daarom heb ik mijn moeder pas vertelt over het seksueel misbruik toen ik al lang en breed volwassen was, ik was 29 jaar en al een maand of wat in therapie. Haar eerste reactie heb ik nog helder op mijn netvlies. Eerst was er opluchting. Ik had haar de stuipen op het lijf gejaagd door de manier waarop ik haar gevraagd had om te komen. Ik had gezegd: ‘Ik wil graag dat je komt, ik moet je wat vertellen en dat kan niet door de telefoon’. Dus zij had het idee gehad dat ik een ernstige ziekte had of iets dergelijks. Haar tweede reactie was ‘de vuile kl……k’. Een woord dat ik van haar nooit eerder gehoord had. Die reactie maakte veel goed en ben ik nooit vergeten.

Na de eerste reactie, hoe verder?

Hoe je verder moet na zo’n nare boodschap ligt heel erg aan je persoonlijke situatie. Er zijn allerlei dingen die daar van invloed op zijn.

  • Wie de dader is (en of je dat al weet)
  • Of de dader binnen je gezin woont
  • Hoe ver het seksueel misbruik is gegaan
  • Hoe jouw eigen jeugd is geweest
  • Of je het kan dragen

Tip 1. De eerste opvang

Als er drastische maatregelen genomen moeten worden om je kind te beschermen, dan is dat de eerste taak. Vaak komt die taak voor rekening van politie of justitie. Hoe dan ook is jouw taak om het kind op te vangen. Om dat goed te kunnen doen is het ook van belang dat je jezelf opvangt, of laat opvangen. Stap over eventuele schaamte heen en praat met mensen in jouw omgeving die jou kennen en die jou kunnen ondersteunen. Je hoeft het niet alleen te doen. Vang je kind op, luister naar het kind en stel het gerust: ‘Je hebt er goed aan gedaan dat je het verteld hebt’ en ‘Het is niet jouw schuld’.

Tip 2. Maak een lijst met wie op de hoogte gesteld moeten worden

Maak een lijst van mensen die op de hoogte gebracht moeten worden. Maak daarin een eerste schifting:

  • Eventuele (ex-)partners
  • Andere kinderen in het gezin
  • School
  • Familie en vrienden
  • Huisarts
  • Politie

Het kan heel belastend zijn voor jou als ouder als je dit verhaal meerdere keren moet vertellen. Vaak is het handiger om iemand die er wat verder van af staat te vragen om de lijst te bellen en het verhaal te doen.

Tip 3: Keuzes maken rondom aangifte

Aangifte doen wordt wel gezien als een burgerplicht. Hoe belangrijk het ook is dat dit soort criminaliteit voor de rechter gebracht wordt, jouw eerste verantwoordelijkheid is het welzijn van je kind. Besluit, liefst samen met je kind, of je aangifte wilt doen. Als je besluit om aangifte te doen, weet dan dat de kans op een veroordeling groter wordt als er fysiek bewijs is. De keuze om aangifte te doen betekent:

  • Fysiek sporenonderzoek
  • Ondervragingen op het politiebureau
  • Een verzoek van de politie om zo min mogelijk over het gebeurde met je kind te praten (ivm. de bruikbaarheid van de kindverklaringen)
  • Onderzoek in een speciale verhoorstudio bij de zedenpolitie

Vergis je niet in hoe belastend een dergelijk onderzoek kan zijn. Voor een volwassene is inwendig onderzoek al geen pretje, maar voor een kind dat seksueel misbruikt is, komt daar nog een extra lading bij. Het onderzoek kan triggeren en het is van groot belang dat je kind daar goed op voorbereid is. Als je kind weet wat er gaat gebeuren en enige mate van invloed kan hebben op hoe het gedaan wordt, kan een kind veel hebben.

Als je besluit geen aangifte te doen

Ook als je besluit om geen aangifte te doen, is het verstandig om wel melding te doen. Een misbruiker maakt meestal meerdere slachtoffers, waardoor meldingen voor kinderen die slachtoffer zijn geworden tot steunbewijs kunnen dienen. Ook kan de politie onafhankelijk van jouw aangifte een onderzoek instellen, bijvoorbeeld als er meerdere meldingen over eenzelfde dader komen.

Tip 4. Gespecialiseerde hulpverlening

Het zoeken van goede, gespecialiseerde hulpverlening na seksueel misbruik is geen gemakkelijke zaak. Het zou mooi zijn als elke psycholoog kennis had van de korte en lange termijn gevolgen van seksueel misbruik, maar zoals de situatie nu is zit seksueel misbruik niet eens in de opleiding van psychologen. Op het gebied van deskundigheidsbevordering valt nog wel één en ander te verbeteren. Daarom organiseer ik ook een verdiepingstraining voor professionals die zich hierin willen verdiepen.

Het huidige aanbod aan therapeuten

Mensen die zich in seksueel misbruik verdiept hebben, verzamel ik op deze website. Voor het huidige aanbod kun je kijken op ‘zoek een therapeut’. Ben jij therapeut en heb je iets te bieden aan hulp rondom het thema seksueel misbruik? Voor de voorwaarden voor vermelding, zie de info voor therapeuten pagina)

Tip 5: Denk niet: traumatherapie en anders niet

In deze tijd van kortdurende trajecten en diagnose behandel combinaties is het verleidelijk om te denken dat je na seksueel misbruik gewoon ‘even’ cognitieve traumatherapie doet en dat een kind dan op zijn of haar eigen veerkracht weer verder kan. Traumatherapie heeft zijn plek in de hulpverlening, maar er is meer nodig voor een kind om zich weer lekker te gaan voelen. De impact van seksueel misbruik openbaart zich ook niet altijd onmiddellijk. Een kind kan ogenschijnlijk weer helemaal in orde zijn, sociaal wenselijk gedrag vertonen en een aantal jaren later gedragsproblemen gaan vertonen. Vaak wordt de link terug naar het seksueel misbruik dan niet meer gelegd. Dat is jammer, want dat inzicht geeft ook richting aan de mogelijkheden voor adequate behandeling. In plaats van het herkennen van gedrag als een uitvloeisel uit seksueel misbruik wordt er vaak ADHD, Angststoornis, Sociale angst, Borderline of Depressie geconstateerd en wordt er niet langer gekeken naar de bron van waaruit deze verstoringen zijn ontstaan.

Elke ervaring van onvoorwaardelijke liefde is therapeutisch

De belangrijkste boodschap die je jouw kind kunt geven, is dat je onvoorwaardelijk van hem of haar houdt. Hoe kan een kind dat beschadigd is, die liefde ervaren?

  • Dat kan door een arm om je kind heen slaan als het moet huilen.
  • Dat kan door, als het kind boos doet, duidelijk te zeggen dat je van het kind houdt, ook als het boos op je is.
  • Dat kan door begrip te tonen, als het kind het moeilijk heeft.
  • Dat kan door te durven zeggen ‘Ik weet ook niet hoe het nu verder moet, maar we gaan samen knokken’.

Waar een kind, misbruikt of niet, behoefte aan heeft is échte aandacht. Dat iemand naar het kind luistert, zonder direct oplossingen te bieden, maar luistert en hoort wat hij of zij zegt.

Meer tips voor als je kind seksueel misbruikt is

Natuurlijk zijn deze tips maar een klein deel van alle mogelijkheden die je hebt om je kind bij te staan in het verwerken van seksueel misbruik. Het belangrijkste is om je te realiseren dat jij je kind het beste kent. Ben je er nog maar nét achter gekomen? Kijk dan ook eens op ‘De 5 B’s’ voor de belangrijkste dingen in die eerste fase.